Donker heen, donker terug. Natte straten. Herfstkou die, na een fietstocht door wind en regen, niet uit je botten verdwijnt. De herfst was nooit mijn lievelingsseizoen, maar is nu herfstiger dan ooit. Woningcrisis, asielzoekerscrisis, stikstofcrisis. En dan moet de moeder aller crises – de gevolgen van de pijlsnelle opwarming van onze aardkloot – zich nog in volle omvang openbaren. Groot en verwoestend, ons voorstellingsvermogen te boven.
De 10-jarige Bart uit mijn klas weet er alles van. Haarfijn legt hij uit waarom 1,5 graad Celsius niet zomaar een getal is. Hoe de armste landen in Afrika de minste uitstoot hebben, maar de meeste klimaatschade ervaren. Dat vogels bij een hittegolf, zoals dit voorjaar in India, dood uit de lucht vallen. Waarom een mens 40 graden Celsius bij een hoge luchtvochtigheid gewoonweg niet overleeft. Bart is een wandelende klimaatcrisisencyclopedie. En hij niet alleen.
Kleine klimaatexperts
Vrijwel alle kinderen in mijn klas zijn kleine klimaatexperts. Dat is het goede nieuws van alle verontrustende rapporten. De bewustwording over de desastreuze consequenties van de klimaatverandering is fors toegenomen. Driekwart van de bevolking maakt zich er zorgen over, jongeren in het bijzonder. Maar wat helpt het als we intussen op veel te grote CO2-voet doorleven? Als we elkaar steeds weer nieuwe beloftes doen over oude plannen, die we toch niet uitvoeren? Ook bij de grote klimaatconferentie in Egypte blijven we deze week steggelen, vooral over wie de portemonnee moet trekken.
‘Weet u dat er afgelopen jaar zelfs meer gevlogen is dan voor corona?’, vroeg Bart mij van de week. ‘Hoe kan dat?’
Ik kreeg het hem niet uitgelegd. Zelfs het onheilspellende vooruitzicht van het einde der tijden verandert ons gedrag niet. Na mij de zondvloed. Volgens massapsycholoog Jaap van Ginneken nemen we het emotioneel niet waar, de problemen die zich geleidelijk en op lange termijn manifesteren. Terwijl het klimaatechec zich al decennia aandient, zitten we pas massaal met een muts op in huis als de gasprijzen exploderen. Gedragswetenschappers weten het al jaren. We kiezen steevast voor het kortetermijngewin, zelfs als dat betekent dat we er op langere termijn (financieel) slechter van worden. Een homo economicus is de mens niet.
Perspectief
Bart laat zich er niet door uit het veld slaan. Met radicale gelijkheid als startpunt is hij voornemens om de wereld beter te maken. Al sinds zijn 8ste verjaardag is Bart overtuigd veganist. Hij draagt alleen tweedehandskleding en al z’n speelgoed en boeken komen van de kringloop. Later wordt hij socioloog én uitvinder. In zijn laatje ligt een tekenschrift. Zodra hij klaar is met zijn schoolwerk begint hij driftig te tekenen. Huizen met mosdaken en hangtuinen vol groenten en fruit, composttoiletten, kledingstukken van zeewier en paddenstoelenleer, zelfrijdende treintjes op zonne-energie of frituurvet. ‘Ik ontwerp een betere wereld, juf.’
Misschien ontbreekt dat nog wel het meest in het huidige klimaatdebat. Verbeeldingskracht, een lonkend perspectief. Schrijfster Margaret Atwood, bekend van briljante, maar weinig opbeurende dystopische romans als The Handmaid’s Tale, lanceerde daarom het wereldwijde experiment Practical Utopia. Experts uit allerlei landen werkten maandenlang aan hun ontwerp voor een ‘betere wereld’. CO2-neutraal, eerlijker, met meer gelijkheid. Gebaseerd op oplossingen die zich hebben bewezen in de praktijk. Dus geen wishful thinking of toverstokje.
Deze week was de laatste sessie van het Practical Utopia-experiment, waarbij de teams inspirerende presentaties gaven over ‘hun’ betere wereld en de weg ernaar toe. Even geen armageddon, maar de Hof van Eden. Broodnodige hoop in herfstige tijden.
Bron: De Volkskrant, 12 november 2022.