
‘Schrijf in de chat wat je hebt geleerd over de Navo’, zeg ik tegen veertien piepkleine beeldjes op mijn computerscherm. Door de Navo-top is onze school onbereikbaar geworden en dus vallen we terug op het coronascenario: online les vanuit huis. Er wordt druk getypt. ‘Noord Atlantiese Verdrag Organisaatsie’; ‘36 landen’, ‘Nee, 32!’; ‘aanval op 1, is aanval op iedereen.’ Ze hebben het nodige onthouden, concludeer ik tevreden.
Plots zwaait Eke met iets gekleurds. Een sticker met daarop Trump als dragqueen en de tekst Make America Gay Again. ‘Mijn moeder was gisteren bij een demonstratie’, vertelt het meisje. ‘Samen met de moeders van Bonny. Ze zeggen dat je in Amerika niet mag houden van wie je wil. Dat is toch stom!’
Over onze columns
Columnisten hebben de vrijheid hun mening te geven en hoeven zich niet te houden aan de journalistieke regels voor objectiviteit. Lees hier onze richtlijnen.
Vierhonderd mensen demonstreerden dinsdag bij het Internationaal Homomonument tegen het anti-lhbti-beleid van de Amerikaanse zonnekoning en zijn radicaal-rechtse zielsverwant Viktor Orbán. Geïmponeerd zullen de mannen niet zijn geweest, áls ze überhaupt al iets hebben gemerkt van de protesten en de reusachtige regenboogvlag, terwijl ze een paar kilometer verderop een vorstelijk vorkje prikten.
Hopelijk maakt de Pride in Boedapest meer indruk. Naar verwachting nemen er tienduizenden mensen aan deel, uit heel Europa. Niet eerder was een Pride zo spannend. De regering-Orbán probeert de mars uit alle macht tegen te houden, met een verbod plus intimiderend handhavingsarsenaal, zoals Chinese gezichtsherkenningssoftware, hoge boetes voor wie meeloopt en gevangenisstraf voor organisatoren. Het prideverbod past in een patroon. Universitaire genderstudies, adoptie door koppels van hetzelfde geslacht, voorlichting over gender- of seksuele diversiteit voor minderjarigen – allemaal verboden.
Orbán wil een land opbouwen met, zoals hij bij zijn aantreden zei, een grote ‘L’: ‘Het Land van God, dat is de hogere betekenis van wat ik doe.’ Religie als machtsmiddel: een beproefd recept van dictators. Net als het ondermijnen van vrije pers en rechtspraak, het creëren van een vijandbeeld en het met harde hand de kop indrukken van kritiek en protest. Orbán doorloopt het dictatorsdraaiboek van a tot z.
Wie had kunnen denken dat Hongarije, ooit seculier en relatief vrijdenkend over rechten van seksuele minderheden (in 2009 werd geregistreerd partnerschap voor paren van gelijk geslacht ingevoerd), nu moeders zoals die van Bonny van pedofilie beticht en tot staatsvijand maakt? En dat in een EU-land nota bene.
‘Onze Unie is er een van gelijkheid en non-discriminatie’, schreef Ursula von der Leyen deze week op X, terwijl ze de Hongaarse autoriteiten opriep de Boedapest Pride te laten doorgaan. ‘Zonder angst voor strafrechtelijke of administratieve sancties.’ De EU blaft wel, maar bijt niet. Intussen laten propaganda en nepnieuws zich niet door landsgrenzen stoppen. Dankzij sociale media en algoritmes nestelt haat zich razendsnel in het menselijk brein. Ook Nederland, met zijn regenboogtolerantie, blijkt niet immuun. Van de Amsterdamse jongeren vindt nog maar 43 procent homoseksualiteit normaal, blijkt uit GGD-onderzoek. Een daling van 20 procentpunt, vergelijkbaar met enkele andere regio’s in het land.
Oxfam Novib-medewerkers Lilian Alibux en Myrthe Bovendeaard uitten in de Volkskrant hun zorg: ‘De geschiedenis leert ons dat de afbraak van mensenrechten zelden bij de meerderheid begint. Het begint bij het ondermijnen van groepen die al kwetsbaar zijn. Vrouwen. Migranten. Lhbti-personen. Zij zijn de kanarie in de kolenmijn. Wanneer hun rechten onder druk komen te staan, volgt al snel de rest.’
Een van de demonstratiesprekers zei het dinsdag treffend: ‘Een aanval op de queerrechten van de één, is een aanval op de rechten van ons allemaal.’
Bron: De Volkskrant